De Nederlandse overheid rekent op de verduurzaming van de woningvoorraad om de doelen uit het Klimaatakkoord te halen. Tegen 2050 moeten alle huishoudens energieneutraal zijn. Uit het onderzoek dat het PBL uitvoerde met de Amsterdam School of Real Estate, blijkt dat de investeringen veel te groot zijn en de terugverdientijd veel te lang is.
Van energielabel D naar B
Als voorbeeld noemen de onderzoekers een huis met energielabel D waarin de bewoner 35.000 euro investeert om naar energielabel B te klimmen. Dus geen gas meer, een warmtepomp en veel zonnepanelen. De besparing op de energierekening bedraagt dan 50 euro per maand. Een gemiddelde koper woont veel te kort in een huis omdat ooit terug te verdienen.
Uitstel of afstel
Het planbureau concludeert dus dat wachten met verduurzamen de beste optie is, maar twijfelt zelfs of afstel niet nog verstandiger is. “Het is de vraag of verduurzamen in de toekomst als gevolg van innovaties en standaardisatie wél financieel aantrekkelijk wordt. Hiervoor zullen de kosten namelijk nog ver moeten dalen”, schrijven de onderzoekers.
Verplichting garandeert niets
Om de doelen te halen zou de overheid wel kunnen besluiten om verduurzaming te verplichten, net als het energielabel opgelegd werd. Het PBL constateert dat met de huidige kosten van verduurzaming een verplichting niet garandeert dat de energietransitie voor iedereen betaalbaar zal zijn. Ook met subsidies.
Bron: AMWeb
